Een gedragen gebiedsagenda die werkt, hoe doe je dat?
Een gedragen gebiedsagenda die werkt, hoe doe je dat?

Een gedragen gebiedsagenda die werkt, hoe doe je dat?

Hoe richt je een regionale gebiedsopgave op zo’n manier in dat je stappen maakt op acht complexe opgaven? Hoe zorg je ervoor dat die aanpak ook nog gedragen wordt door stakeholders? En hoe stel je die op in een hele korte tijd? Regio Rivierenland stond voor die opgave en vroeg P2 dit te leiden.

Regio Rivierenland – het gebied bekend van de fruitteelt en steden als Culemborg, Tiel en Zaltbommel, is een samenwerkingsverband van acht gemeenten met ongeveer 85 kleine woonkernen en bijna een kwart miljoen inwoners. Het ligt te midden van drie grote rivieren en op het knooppunt van A15 en A2. Het team van Regio Rivierenland bracht met de gebiedsagenda de acht belangrijkste opgaven voor het gebied bij elkaar. Daarvoor ging Stephanie Verbeek aan de slag als kwartiermaker. Linneke van Heemskerck Düker kreeg de rol van opgavemanager ruimte.

Gebiedsbreed kijken essentieel

Stephanie: “Om toekomstbestendig te worden is gebiedsbreed kijken essentieel voor het aanpakken van de grote opgaven waar we voor staan. Er is natuurlijk sprake van crisis op verschillende vlakken: wonen, klimaat, landbouw, stikstof, infrastructuur, energie. Regio Rivierenland wilde de gebiedsagenda opstellen in samenwerking met andere partijen. Een complexe opdracht die naadloos aansluit bij onze ambities als P2: we willen de transitie van het landelijk gebied een boost geven. Het betrekken van stakeholders hierbij zien wij als cruciaal.”

Focus op samenwerken

Linneke: “Regio Rivierenland heeft niet hetzelfde mandaat als de provincie of een gemeente. De betrokken gemeenten geven opdracht aan de regio. Voor de gemeenten kan dat lastig zijn: wat als je je mandaat uit handen geeft? Daar moet je dus goede afspraken over maken. We hebben veel tijd gestoken in de werkwijze: hoe gaan partijen zoals overheden, ondernemers, ondernemende inwoners en onderzoeks- en onderwijsinstellingen samenwerken aan deze gebiedsagenda?”

Slim ruimtegebruik

Naast kwartiermaken, kreeg P2 de rol van opgavemanager ruimte. Linneke: “Vanuit minister De Jonge kwam er een verzoek om de transities te versnellen en te gaan voor slim ruimtegebruik. De provincie Gelderland pakte de handschoen op en vroeg de regio’s om in beeld te brengen wat het ruimtebeslag is voor het aanpakken van de belangrijkste crises.”

Snelheid

Stephanie: “De factor tijd speelde in deze opdracht een grote rol. Binnen twee weken moest een eerste versie van de gebiedsagenda gereed zijn om met de acht gemeenten te delen. Dat betekende dat we snel een goede samenwerking binnen het team van opgavemanagers moesten organiseren. We hebben onderzocht wat al gedaan was en doelen, visie en criteria met hen geformuleerd. Dat is gelukt in die twee weken. De opgavemanagers namen eigenaarschap, we hebben samen de schouders eronder gezet.”

Simulatie van besluitvorming

Linneke: “Met de opgavemanagers van Regio Rivierenland hebben we een simulatie gedaan om te kijken hoe besluitvorming kan plaatsvinden bij een integrale aanpak. We namen een casus met een praktijkonderwerp dat raakt aan bestaande afspraken. Met elkaar naspelen werkte heel goed. Wie mag er beslissen, wat is de volgende stap? Dat gaf veel inzicht. Hoe werkt het als je de opgave samen verrijkt? De simulatie was een doorslaggevend moment: ja, zo kan de samenwerking werken. Vooraf was er een zorg: worden onze processen ingewikkelder en langduriger met een integrale aanpak? De simulatie liet zien: het kan werken en het maakt de oplossingen beter.”

Gebiedsagenda als kansenagenda

Stephanie: “In de Regio Rivierenland spelen specifieke issues. Bijvoorbeeld: hoeveel fruitteelt bij minder beschikbaar water? Hoe ga je om met het gebrek aan OV? Hoe creëer je de juiste werkgelegenheid? En wat betekent klimaatadaptatie en biodiversiteit in dit gebied? Hoe willen we verder met de opgave wonen met veel kleine woonkernen? De gemeenten hebben elkaar wat te bieden door opgaven te verdelen en van elkaar te leren. Het regiokantoor kan dit faciliteren. De gebiedsagenda is een kansenagenda geworden met oplossingen voor de regio.”

Van idee naar uitvoering

Linneke: “De fout die nog wel eens wordt gemaakt bij het opstellen van een gebiedsagenda is dat het doordenken van een werkwijze (deels) wordt overgeslagen.” Stephanie: “We kwamen tot een aanpak waarin er aan de start op twee pilots wordt gefocust. Dus meteen in de actiemodus. We hebben de gebiedsagenda zo praktisch mogelijk gemaakt, dus niet alleen kijken naar de lange termijn, maar ook een prioritering van acties voor dit jaar. Zo kunnen ze er meteen mee aan de slag.”

Luisteren naar stakeholders

Linneke: “Het is belangrijk om de mensen die je bij de ontwikkeling van een gebiedsagenda betrekt, niet te belasten met veel overleggen. Dus efficiënt zorgen voor een werkvorm waarbij ze echt naar elkaar luisteren. Dat was zoeken. Stap één is de partijen uitnodigen en hen vragen hoe ze betrokken willen worden.”

Leren en evalueren centraal

Stephanie: “Effectief integraal samenwerken kan ‘m in hele simpele dingen zitten. Bijvoorbeeld: zorgen dat ervaringen goed gedeeld worden. En goed kijken naar kansen en risico’s in een opgave. Mijn tips: zorg dat leren en evalueren centraal staat. Je wil dat kleine initiatieven groter kunnen worden. Betrek snel de buitenwereld en voed je team met deze input. En wees niet bang om dingen uit te proberen.”

Doelgericht

Linneke: “Wat ik anderen wil meegeven die een gebiedsagenda opstellen: zorg dat je snel naar het doen gaat. Mensen vinden een nieuwe vorm van samenwerken vaak spannend. De kans is aanwezig dat men lang praat over het hoe. Het helpt om dit in je initiële plan in te bouwen. De vorm van een pilot helpt, daar kan je van leren, en zo nodig bijsturen.

Sta je ook voor de uitdaging om complexe opgaven in een gebied aan elkaar te verbinden en tot uitvoering te brengen? P2 kan met je meedenken. Neem contact op met Stephanie Verbeek of Linneke van Heemskerck Düker.

De gebiedsagenda van Regio Rivierenland kun je hier bekijken: Fruitdelta Gebiedsagenda