Samen leren en innoveren in de proeftuin Nettelhorst

Samen leren en innoveren in de proeftuin Nettelhorst

Liesbeth Couwenberg is als onafhankelijk procesbegeleider verbonden aan de Proeftuin Nettelhorst. Daarin werken omwonenden, ondernemers, onderzoekers en overheden samen aan de leefbaarheid rond de N825 tussen Borculo en Lochem. Bijzonder is dat de samenwerking voortkomt uit een burgerinitiatief: de Slimste Weg.

Proeftuin Nettelhorst

In de Proeftuin Nettelhorst, genoemd naar het landgoed in het buurtschap Nettelhorst, zijn onder andere de provincie Gelderland, de regio’s Achterhoek en Cleantech en de gemeenten Lochem en Berkelland actief. Evenals kennisinstellingen Saxion Hogeschool en de Universiteit van Amsterdam, regionale bedrijven én burgerinitiatief de Slimste Weg. Het belangrijkste doel is om de omgeving van de N825 gezonder en verkeersveiliger te maken.

“Het burgerinitiatief is in 2017 vanuit dit streven opgericht en heeft de samenwerking met de provincie, regio’s en gemeenten gezocht. Die erkenden al snel de meerwaarde van een gebiedsgerichte samenwerking. Enerzijds omdat dit waardevolle lessen oplevert, onder andere voor participatie volgens de Omgevingswet. Anderzijds omdat de provincie ziet dat naast het voldoen aan normen en kaders, ook de beleving bij bewoners en weggebruikers een grote rol speelt. Bijvoorbeeld als het gaat om geluid”, vertelt Liesbeth.

Gezamenlijke trots stimuleert participatie 

Verkennende gesprekken tussen het burgerinitiatief en de provincie leidden tot het besef dat er veel gedeelde belangen waren. En dat door de samenwerking de woorden en beelden van verschillende partijen meer naar elkaar toe konden groeien. Liesbeth, oorspronkelijk ingehuurd door het burgerinitiatief, werd onafhankelijk procesbegeleider. Naast de provincie sloten ook de regio Achterhoek, Cleantech en de gemeenten Lochem en Berkelland aan.

“In maart van dit jaar hebben we met alle partijen een ambitieworkshop georganiseerd om de samenwerking verder vorm te geven. Daaruit bleek dat iedereen, ook de omwonenden, vanuit trots op de Achterhoek graag samen eigenaar wil zijn en verantwoordelijkheid wil dragen. Er is duidelijk een intrinsieke motivatie om te leren samen te ondernemen en innoveren. Niet alleen op techniek en inhoud, maar ook op het proces: hoe verbinden we belangen en in welk tempo boeken we vooruitgang?” aldus Liesbeth.

Samenwerking met drie centrale thema’s

De Proeftuin richt zich op drie thema’s: slimme mobiliteit, fossielvrij en circulair, en de beleving van het landschap en betrokkenheid van bewoners bij de gebiedsontwikkeling. Dat gebeurt mede op basis van het Ambitieweb Grond-, Water- en Wegenbouwprojecten 

“Geluidsbeleving is voor de omwonenden een belangrijk thema. Daarom stelde het burgerinitiatief voor om bij het geplande onderhoud van de N825 de hele weg te voorzien van stil asfalt. De provincie, eigenaar van de weg, gaf aan dat deze oplossing vanuit eisen op het gebied van onderhoud, duurzaamheid en doelmatigheid niet voor het hele tracé een haalbare oplossing is. Daarom kijken we nu in een proeftuinomgeving naar alternatieve oplossingen. Zo heeft een initiatiefnemer een innovatieve geluidsrail aangedragen en hebben studenten van Saxion daarvoor geschikte locaties uitgezocht. Daar gaan we de rail nu testen en dan kwalitatief meten hoe die oplossing beleefd wordt”, schetst Liesbeth de samenwerking.

 “We gaan nu thematafels inrichten voor de overige thema’s waarin steeds ‘de vier O’s’ vertegenwoordigd zijn: ondernemers, omwonenden, onderzoekers en overheden. We gaan op zoek naar waar de kansen en de energie liggen om initiatieven slim te combineren. Zo hebben de aangesloten regio’s hun opgaven vanuit de Regionale Energiestrategie en kijken we daarom hoe zonneparken langs de weg daaraan kunnen bijdragen. Waarbij we onderzoeken hoe een deel van de financiële opbrengst ten goede kan komen aan de gemeenschap.”

Betrokkenheid is een belangrijke drijfveer

De uitkomsten van de samenwerking zijn niet in beton gegoten en daarin schuilt volgens Liesbeth deels de kracht: “Net als het burgerinitiatief zijn we met de Proeftuin ‘gewoon begonnen’. De partijen kijken waar ze elkaar kunnen vinden en dat leidt tot tastbare resultaten die weer voor meer draagvlak zorgen.” Als voorbeeld noemt Liesbeth een verkeersbord.

“Leerlingen van een basisschool langs de weg hebben een verkeersbord ontwikkeld om de veiligheid te vergroten. Dat verkeersbord is onlangs in productie genomen en onthuld.” Tegelijkertijd doet een projectgroep onderzoek naar de mogelijkheden om met slimme signaleringen de verkeersveiligheid verder te verbeteren. Daarnaast heeft een ondernemer vorig jaar langs de weg een ‘maïsdoolhof’ gecreëerd. “Ook daaruit blijkt de betrokkenheid van omwonenden en ondernemers, vanuit trots: ‘kijk eens wat hier allemaal gebeurt in de Achterhoek’. Dat is een belangrijke drijfveer”, aldus Liesbeth.

Vanuit het programma ‘meten = weten’ willen we met innovatieve technologie en het benutten van data bijdragen aan het doel van slimme mobiliteit. We stellen meetprogramma’s op waarbij we de modellen en berekeningen van de provincie afzetten tegen de beleving bij omwonenden. Hierbij spelen de studenten van de Saxion hogeschool ook een rol.

Het is ook duidelijk dat de initiatieven en ambities zich niet beperken tot de provinciale weg zelf. Liesbeth: “Vanuit de Proeftuin denken de partijen allemaal mee over het Landschapsplan van de provincie. Deze visie strekt zich breder uit over de omgeving en raakt ook de grondgebieden van gemeenten en het waterschap. Wat ik heel sterk vind, is dat de provincie de partners bij het meedenken over het Landschapsplan juist veel ruimte geeft. Dat betekent niet dat op voorhand alles kan. Nu is het zaak om samen met de publieke en private grondeigenaren afspraken te maken over de realisatie van het plan.

Op basis van input van het burgerinitiatief is het ontwerp van een deel van de weg aangepast en de partijen in de Proeftuin kunnen nog aanvullende suggesties doen voor slimme verbeteringen. Daarbij wordt natuurlijk ook rekening gehouden met de belangen van de ‘grootgebruikers’ van de weg, zoals ForFarmers en Friesland Campina.”

Bewonersavonden om omwonenden te betrekken

Hoewel de Proeftuin mede is ontstaan door de bevlogenheid van de deelnemers van het burgerinitiatief, spreken zij niet namens alle bewoners. “Maar omdat we natuurlijk alle omwonenden willen betrekken, organiseren we regelmatig bewonersavonden. Die bereiden we nu gezamenlijk voor. Tijdens die avonden leren we ook hoe je je verhaal vertelt vanuit het perspectief van omwonenden. Het concept-landschapsplan wordt binnenkort tijdens een bewonersavond besproken en dat kan weer tot een bijstelling of verrijking van het plan leiden.”

In gesprek blijven tijdens samenwerking

Als onafhankelijk begeleider roemt Liesbeth alle partijen omdat ze de samenwerking zoeken en elkaar de hand reiken: “Dat je nu samen met elkaar om tafel zit en het gesprek voert, is al een hele winst”. Daarbij is het zaak om in gesprek te blíjven.

Zo is de afweging van de provincie - tussen enerzijds verantwoordelijkheid hebben en anderzijds loslaten en ruimte bieden - een continu gespreksonderwerp. En passeren vragen de revue als: Hoe ver gaan we in onze gezamenlijke ambitie en wanneer is de Proeftuin geslaagd? Welke rol voor het burgerinitiatief staan de spelregels toe bij het aanbesteden van de weg? Cruciaal is volgens Liesbeth dat de samenwerking ook bestand is tegen tegenslagen: “Op het moment dat het spannend wordt of een keer niet goed gaat, moet je elkaar blijven vasthouden.”

Tekst: Evan Schaafsma | 2019. Dit artikel verscheen eerder als praktijkverhaal op Aandeslagmetdeomgevingswet.nl.