Gebiedsgerichte samenwerking is ook durven stoppen, dan kan je verder
Gebiedsgerichte samenwerking is ook durven stoppen, dan kan je verder

Gebiedsgerichte samenwerking is ook durven stoppen, dan kan je verder

Wow! Natuurdoelen halen, de waterkwaliteit moet beter, beter beheersen van te veel / te weinig water, een klimaatverandering die nu echt doorzet. Deze opgaven krijgen steeds meer urgentie en voor het realiseren van duurzame oplossingen is samenwerking nodig. 

Ik zeg niets nieuws want er wordt heel wat samengewerkt in gebiedsopgaven. Wat me opvalt is dat wanneer samenwerkingsverbanden moeite hebben om voortgang te boeken, ze dit onvoldoende op tafel lijken te leggen. Dat is jammer, want open zijn over dat iets niet haalbaar is schept juist ruimte voor voortgang.

Ik zie samenwerkingsverbanden doormodderen want niemand wil de handdoek in de ring gooien. Terwijl ze zien dat het idee waar gezamenlijk aan gewerkt wordt onvoldoende draagvlak heeft van de belangrijkste betrokkenen óf het gewoon niet haalbaar is qua uitvoering of financiën. Wat ook voorkomt, er lopen meerdere initiatieven en bijbehorende samenwerkingen met telkens een iets andere insteek. Uit beleefdheid blijft men met een afgeslankte inzet meedoen. Dit zorgt dat de deelnemers niet meer hun afspraken kunnen nakomen. Het uit zich heel simpel, een te late reactie op een e-mail, te veel afmeldingen voor een werksessie. Het frustreert de relatie, de ander kan niet meer van je op aan. Het vertrouwen in de samenwerking brokkelt af.

Ik heb in een samenwerkingsverband gewerkt dat wél durfde te stoppen. Partijen in een gebied hebben zich jaren lang ingezet voor een herinrichting in het buitengebied. Die specifieke herinrichting bleek na een gezamenlijke financiële uitwerking niet haalbaar. In het overleg waar de resultaten op tafel lagen durfde men naar elkaar de twijfel uit te spreken. Het mooie was dat iedereen die twijfel oprecht ter harte nam. Er ontstond een gezamenlijk inzicht en consensus. Bestuurlijk is het besluit geaccepteerd en men waardeerde ieders inzet. Waar men misschien bang voor was gebeurde niet, er zijn geen verwijten en nare woorden gevallen. De relatie onderling bleef daardoor constructief, een goede uitgangspositie om met vertrouwen in een eventuele volgende samenwerking te stappen.

Wat mij dit heeft geleerd als procesmanager van gebiedsopgaven? Tijdig inzicht bieden wat betreft haalbaarheid via gezamenlijke kennisontwikkeling. Een minder gunstig resultaat op tafel durven te leggen. Werken aan verbinding tussen de betrokkenen zodat er een veilige situatie is om twijfel in alle openheid te kunnen bespreken. “Wieke, hadden we dit moment maar eerder gehad, dan hadden we de afgelopen jaren niet verspild.”