Station Nijmegen wordt een toegangspoort tot gelijke kansen

Station Nijmegen wordt een toegangspoort tot gelijke kansen

Station Nijmegen wordt een toegangspoort tot gelijke kansen

Station Nijmegen wordt een toegangspoort tot gelijke kansen

Praktijkvoorbeeld

Station Nijmegen wordt een toegangspoort tot gelijke kansen

Een complete transformatie. Daar werkt Nijmegen hard aan als het gaat om het Stationsdistrict. Het station staat nu nog los in een weinig aantrekkelijke ruimte, maar wordt een bruisende plek waarvan de hele omgeving de vruchten plukt. Dat vraagt om een nieuwe infrastructuur, nieuwe voorzieningen, een upgrade van de openbare ruimte en vastgoedontwikkeling. P2 helpt mee!

Zo’n twintig jaar trekken ze in Nijmegen uit voor de transformatie. Gebiedsmanager Stationsdistrict Paul Matthieu begon in 2014 met de eerste voorbereidingen. Hij is blij met wat er tot nu toe is bereikt. ‘Nu enkele belangrijke deelprojecten in de omgeving zijn gerealiseerd, is de transformatie van het station zelf aan de beurt’, vertelt hij. ‘Van oudsher heeft het station één ingang, namelijk aan de kant van het centrum. Dat noemen we de voorkant. Het stuk dat nu nog de achterkant is, staat op de uitlopers van een spoelzandwaaier. Alles daarachter, het westelijke deel van de stad, ligt 12 meter lager op kleigrond. En omdat we daar een nieuwe ingang willen maken, de Westentree, is er een flink hoogteverschil te overbruggen.’

Veel te doen, en alles tegelijk

Uiteraard betekent een nieuwe ingang ook werk aan de winkel op andere terreinen. ‘Een nieuwe stationshal geeft meteen een economische impuls’, weet Paul. ‘Want als de westkant een betere toegang krijgt tot het openbaar vervoer, wordt het daar ineens interessant voor woningbouw en andere projectontwikkeling. Vanzelfsprekend moet je daar dan ook de infrastructuur en de openbare ruimte op aanpassen. Bovendien zijn er in het station zelf ook vernieuwingen. Om te zorgen dat treinen vaker en betrouwbaarder kunnen rijden en reistijden korter worden, gaat ProRail een extra perron aanleggen, perrons verlengen en wissels weghalen. Al die werkzaamheden binnen en buiten het station vinden ongeveer tegelijkertijd plaats. Toen we de opsomming maakten, werd al gauw duidelijk: we hebben een goede procesmanager nodig.’

Nieuwe vraagstukken, nieuwe gesprekken

Paul en zijn collega’s werken al een jaar of vijf aan de gebiedsontwikkeling met hulp van P2-collega Erna Hollander. Toen er steeds meer projecten van start gingen, kwam ook Muriël Hendrikse in beeld als procesmanager, speciaal voor de coördinatie aan de westzijde. Gebiedsontwikkeling is haar grote liefde, vertelt ze. ‘Bij gebiedsontwikkeling heeft alles met elkaar te maken. Elke oplossing die je bedenkt, levert nieuwe vraagstukken, taken en vooral nieuwe gesprekken op. Met bewoners en bedrijven in de omgeving, belangenverenigingen en allerlei andere partijen. En je moet ook rekening houden met omwonenden en reizigers: die willen niet twintig jaar lang leven met herrie en andere overlast. In dit werk draait alles om mensen, dat vind ik er mooi aan.’ 

Politieke gevoeligheid

Paul beaamt wat Muriël zegt. ‘Gebiedsontwikkeling is complex. Dat red je niet met rechttoe-rechtaan projectmanagement. De nadruk ligt op overleg met partners, stakeholders, participatie inrichten, draagvlak creëren en besluitvormingsprocessen voorbereiden. Daar staat P2 om bekend: dat ze daarin expertise hebben en die ook goed bijhouden. Zo zijn we ook bij hen uitgekomen. Muriël heeft bovendien jarenlang bij de gemeente Amsterdam gewerkt, dus ze weet precies hoe de hazen in de gemeenteraad lopen. Die politieke sensitiviteit is nodig om een voorstel zó te formuleren dat niet alleen de coalitie, maar ook de oppositie erin meegaat. Want het gaat om grootscheepse en langdurige projecten, die lopen over een flink aantal verkiezingstermijnen. Dan wil je gewoon dat een zo groot mogelijk deel van de raad erachter staat.’

De juiste argumenten inbrengen bij de juiste personen

Naast politieke gevoeligheid is ook ervaring met NS en ProRail een belangrijke pre. ‘Die partijen werken door vrijwel heel het land op dezelfde manier’, weet Paul. ‘Dat P2 vaker met hen samenwerkt, vergemakkelijkt de communicatie. Ook, of misschien wel juist, als we het niet met elkaar eens zijn. Zo heeft Erna ons geweldig geholpen toen de fietsenstalling aan de westkant ter discussie kwam. Nijmegen is een echte fietsstad en het standaardaanbod van de NS-fietsenstalling was voor ons niet uitgebreid genoeg. Wij wilden een eigen format neerzetten, bijvoorbeeld ook met stalling voor elektrische scooters en bakfietsen. Daar ging NS in eerste instantie absoluut niet mee akkoord. Maar Erna kon heel goed de verschillende belangen boven tafel krijgen en bespreekbaar maken. Nu krijgt Nijmegen Nederlands eerste door de gemeente beheerde stationsfietsenstalling.’ 

Sociaal, duurzaam én resultaatgericht

Met de hervorming van het Stationsdistrict zet Nijmegen vol in op de mobiliteitstransitie. Bevorderen dat mensen de auto vaker laten staan en meer kiezen voor het OV of de fiets. Een mooi doel, maar ook bij de realisatie ervan let de stad goed op duurzaamheidsambities. ‘Ik merk dat Muriël en Erna hard meewerken aan de verwezenlijking van de doelen, in de ideologie die wij als Nijmegen voorstaan. Bijvoorbeeld ook door sociaalmaatschappelijke thema’s die ze introduceren, zoals de realisatie van sociale huurwoningen, voorzieningen en ruimte voor werk. Dat spreekt voor ze, dat ze nadenken over het bouwen aan een leefbare stad’, vindt Paul. ‘Maar wat ik vooral waardeer, is de resultaatgerichte aanpak. Nijmegen staat landelijk bekend als een stad die al heel lang de mouwen opstroopt. Dat vind ik ook belangrijk bij mensen die we inhuren: niet alleen mooie verhalen vertellen maar ook daadwerkelijk doorpakken!’

Meer lezen

Het station in Nijmegen is niet de enige complexe mobiliteitsopgave waar P2 aan werkt. Lees hier hoe we te werk gaan in Enschede.